19 december 2025

Onbreekbaar

Sommige dingen in het leven zijn zo moeilijk om onder woorden te brengen, zeker wanneer je voelt dat er ergens al een einde is vastgelegd. Een ziekte die langzaam is gekomen en stilaan alles afneemt wat je nog wilde doen. Dat alleen al is zwaar, maar het duwt je ook richting donkere gedachten, waarin alles nóg zwaarder lijkt om te dragen.

Wie mij kent, weet dat ik niet snel opgeef. Ik ben een vechter, een gladiator in het leven. De strijd tegen aftakeling is oneerlijk, dat weet ik, maar ik weiger me zomaar gewonnen te geven. Misschien ben ik deels verslagen, maar de oorlog is nog niet verloren. Ik leef van dag tot dag en probeer nog altijd dingen te doen, hoe traag ook. Mijn liefde voor elektronica en programmeren houdt me overeind. Alles gaat langzamer, maar ik laat mijn hoofd niet hangen.

Onlangs kwam een oude wond opnieuw tot leven. Het was alsof het verleden zich weer openrukte. Zwart, opgezwollen, etterend, het beeld was gruwelijk. Het vocht liep langs mijn been, vermengd met ontsteking en bloed. Ik ken deze wond al meer dan vijfenveertig jaar. Ze ontstond toen ik bleef kleven aan de hete uitlaatpijp van een motorfiets, een derdegraadsverbranding. Ik had toen al een hoge pijngrens en schonk er weinig aandacht aan. Jarenlang kwam ze af en toe terug, en met wat eenvoudige zorg genas ze telkens weer. Maar met ouder worden lukte dat niet meer. De laatste keer duurde het een heel jaar voor ze genezen was. En toch begon het na enkele weken opnieuw.

Mijn huisarts raadde me deze keer een zelfstandige verpleegster aan. Iemand die zou blijven, die zou kijken, volgen, voelen. Voorheen had ik zorg van verschillende diensten, goedbedoeld maar versnipperd. Te veel handen, te weinig overzicht. Nu is er één iemand die de wond kent, die de evolutie ziet, en dat geeft hoop.

Ik ken haar nog maar kort, maar ik voel dat ze dit werk doet vanuit haar hart. Voor haar ben ik geen dossier, geen nummer. Ze kijkt me aan zoals je naar een mens kijkt, niet naar een taak. Telkens ze binnenkomt, begroet ze me met een warme glimlach die meer zegt dan woorden. Het voelt alsof er even iemand binnenkomt die licht meebrengt.

In mijn verbeelding is ze soms mijn dochter, die haar ouder wordende vader komt helpen. Ze luistert naar mijn flauwe moppen en glimlacht op de juiste momenten. Ze toont interesse in wie ik ben, in mijn wereld van elektronica, programmeren en ontwerpen. Ik vertel haar dingen die voor haar misschien vreemd of onbekend zijn, maar ze probeert me te begrijpen. Ik voel me bij haar geen zonderling, geen man die wartaal spreekt. Ze is zorgzaam én professioneel. Soms is ze streng in haar verzorging, maar ik weet waarom. Zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Ze probeert de pijn te sparen, maar ik begrijp dat deze wond geen makkelijke weg kent.

Daarnaast is er nog iemand die twee keer per week komt. Al meer dan twaalf jaar. Ze helpt me met het huishouden, doet de boodschappen, kookt, maar bovenal is ze er. Ze kent mijn zwijgen, mijn humor, mijn slechte dagen. Ze is me nooit moe geworden. Ook bij haar ben ik geen nummer. Ze behandelt me als mens, soms zelfs als een vriend, met de nodige afstand die haar beroep vraagt.

Ik heb nu twee engeltjes in mijn leven. Twee mensen die zorg dragen, niet alleen voor mijn lichaam, maar ook voor wie ik ben. Dankzij hen voel ik me nog steeds mens, geen naam op een formulier.

Er is nog zoveel dat ik zou kunnen vertellen, maar niet nu. Nu ben ik moe en ga ik rusten...


 


Onbreekbaar

Sommige dingen in het leven zijn zo moeilijk om onder woorden te brengen, zeker wanneer je voelt dat er ergens al een einde is vastgelegd. E...